Weer een druk weekje. Woensdag kwam neef Bernard een dagje hulpherderen. Hij heeft al vrij van zijn middelbare school, terwijl broer en zus op de basisschool nog even moeten, dus hij wilde wel een dagje mee met oom Clemens en 300 schapen. Erg leuk vond hij het. Hij mocht (heel zachtjes) in het bos de bus steeds een stukje vooruitrijden, zodat Clemens de netten kon zetten voor het nachtvak. En ja hoor, komen er net op dat moment 10 politieagenten op mountainbikes de hoek om scheuren. Blijkbaar slaagde Bernard (14) er goed in om te doen alsof hij echt al 18 is met rijbewijs, want de heren agenten hadden niets in de gaten. Hij had ’s avonds niet veel puf meer, maar wel een heel goed verhaal om aan zijn vrienden te vertellen!
Het gras groeide zomaar door, er werd goed weer voorspeld en het deel dat nog niet gemaaid was kon er eigenlijk wel af. Clemens kreeg helemaal de kriebels in zijn boerenlijf. Maar als we er nou grote (geplastificeerde) balen van laten maken, waar laten we die dan? Sylvester had laatst al een heleboel bramen verwijderd, maar die krijg je er met de hand nooit helemaal uit. En die overblijvende staken die uit de grond steken, die prikken nou net die balen lek, en dan bederft het. Dus er zat niets anders op: een graafmachine inhuren om de heleboel te rooien.
Tja, daar kun je met de hand niet tegenop snoeien. Donderdagavond kwam de loonwerker, die het eerder al had gemaaid, het halfdroge gras tot balen persen en omwikkelen met folie. De kinderen mochten om beurten een stukje met de trekker mee.
En nu staan er dik 40 balen op de Haarweg. Daar moeten er nog zeker 150 bij. Maar samen met het hooi van vorige maand is het een goed begin voor als er komende winter 300 schapen twee maanden lang op stal staan.